B&W vergadering

Initiatiefnemer wil de in afwijking van de vergunning gerealiseerde schuur (bijgebouw) en de zonder vergunning aangebrachte verharding op de achterzijde van het perceel bekend als Willem van der Veldenweg 51 te Leimuiden positief laten bestemmen. Het college neemt een positieve grondhouding aan wat betreft het legaliseren van de aanwezige schuur en een negatieve grondhouding wat betreft het legaliseren van de aangebrachte verharding.

1. Een positieve grondhouding aan te nemen wat betreft het legaliseren van de op het perceel Willem van den Veldenweg 51 te Leimuiden aanwezige schuur, onder de voorwaarde dat dit nadrukkelijk beëindiging van bedrijfsmatige activiteiten ter plaatse tot gevolg heeft en de schuur enkel hobbymatig gebruikt mag te worden;
2. Een negatieve grondhouding aan te nemen wat betreft het legaliseren van de zonder vergunning op het perceel aangebrachte verharding;
3. Indiener te verplichten om omwonenden en andere belanghebbenden te betrekken bij voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aan de hand van het document ‘Werkwijzer met Elkaar voor initiatiefnemers.’

In 2020 zijn aan de Hoogmadese Wetering in Hoogmade sociale koopwoningen gerealiseerd en verkocht tegen de toen geldende maximale sociale koopprijs van € 200.000. Hiermee is de Doelgroepenverordening van toepassing. Dit houdt in dat bij doorverkoop binnen een termijn van tien jaar na levering voorwaarden gelden, waaronder een zelfbewoningsplicht, een anti-speculatiebeding en een beperking van de verkoopprijs tot de op dat moment geldende sociale koopprijsgrens (thans € 288.412). Dit is opgenomen als een kettingbeding. In de leveringsakte is opgenomen dat bij verkoop binnen deze periode een percentage van de meerwaarde aan de gemeente dient te worden afgedragen. Echter, er bestaat onduidelijkheid onder eigenaren over wat onder ‘meerwaarde’ wordt verstaan in dit kader. Met dit voorstel verschaft het college duidelijkheid : indien een sociale koopwoning binnen tien jaar wordt doorverkocht voor een bedrag dat niet hoger is dan de op dat moment geldende sociale koopprijsgrens, wordt dit niet aangemerkt als meerwaarde. In dat geval is geen afdracht aan de gemeente verschuldigd. Door deze duiding wordt beoogd transparantie te bieden aan betrokken eigenaren en uitvoering te geven aan de bepalingen uit de Doelgroepenverordening en de leveringsakte.

1. Voor de sociale koopwoningen aan Hoogmadese Wetering, Hoogmade vast te stellen dat onder het begrip meerwaarde niet wordt verstaan de verkoopprijs tot de sociale koopprijsgrens van € 288.412, conform artikel 3 van de Verordening doelgroepen sociale woningbouw 2019, en dat binnen dit plafond geen afdracht aan de gemeente is verschuldigd.

Op verzoek van de fracties CDA, PRO en VVD heeft Haskoning een second opinion uitgevoerd naar het onderzoek van Goudappel met de volgende opdrachten:
1. Geef aan of de gehanteerde werkwijze van Goudappel correct is en of de uitkomsten van de studie plausibel zijn.
2. Beschouw de eerste schetsontwerpen van de ontsluiting via de 200 meter Galgekade en Plantage richting Langeweg.
3. Beantwoord de inhoudelijke vragen gesteld door PRO/VVD/CDA naar aanleiding van de V&A van 15 september.
4. Geef een beschouwing over de zorgen geuit door diverse Belangengroepen die hebben ingesproken op de raadsvergadering van 15 september 2025.

Haskoning concludeert:
1. Dat het huidige onderzoek van Goudappeleen goede inschatting maakt van de verwachte verkeersgeneratie en de impact ervan op de verkeersafwikkeling.

Verder beveelt Haskoning het college het volgende aan:
1. Monitor de verkeerssituatie de komende jaren door middel van verkeerstellingen, of informatiebronnen die inzage geven in verkeersintensiteiten. Mochten de intensiteiten dan sneller toenemen dan verwacht is voldoende tijd beschikbaar om aanvullende maatregelen uit te werken en te realiseren.
2. Het ontwerp van de Galgekade moet rekening houden met rijcurven van grotere voertuigen.
3. Bij de nadere uitwerking van de plannen extra aandacht te hebben voor verkeersveiligheid in het plangebied en op de wegen waar het verkeer toeneemt.

Het college heeft kennis genomen van de second opinion en stelt deze ter beschikking aan de gemeenteraad. Het college neemt de aanbevelingen over en neemt deze mee in het Omgevingsplan en de verdere uitwerking van de plannen naar een stedenbouwkundig ontwerp.

1. Kennis te nemen van de second opinion van Haskoning (voorheen RHDHV) over het verkeersonderzoek van Goudappel en deze ter beschikking te stellen aan de raad.
2. De aanbevelingen van Haskoning over te nemen en aan de raad terug te koppelen dat bij het Omgevingsplan en de verdere uitwerking van de plannen naar een stedenbouwkundig ontwerp de aanbevelingen worden overgenomen.

Bij het isoleren van woningen en bedrijfspanden moet rekening worden gehouden met beschermde diersoorten, zoals vleermuizen, die in spouwmuren kunnen verblijven. Volgens de Natuurbeschermingswet is hiervoor uitgebreid ecologisch onderzoek verplicht. Dit geldt ook voor gemeentelijke aanpakken vanuit o.a. het Warmte Programma.

Om hoge kosten voor individuele woningeigenaren en ondernemers te voorkomen en vertraging in energieprogramma’s te vermijden, stelt het college voor om een soortenmanagementplan (SMP) op te stellen. Hiermee kan een gebiedsontheffing worden verkregen die 10 jaar geldig is. Het college heeft besloten een Soortenmanagementplan op te stellen, gebruik te maken van artikel 2.32 Aanbestedingswet en de opdracht voor het opstellen van een soortenmanagementplan één-op-één te gunnen aan KP-Adviseurs.

1. Een Soortenmanagementplan op te stellen.
2. Gebruik te maken van artikel 2.32 Aanbestedingswet (onderhandelingsprocedure zonder aankondiging) waarmee de opdracht voor het opstellen van het Soortenmanagementplan één-op-één gegund wordt aan een externe partij.
3. De voorgenomen gunning vrijwillig te publiceren op grond van artikel 4.16 Aanbestedingswet.
4. De opdracht voor het opstellen van het Soortenmanagementplan, na de wettelijke bezwaarperiode van 20 dagen, te gunnen aan het bureau KP-Adviseurs.

Op 19 augustus 2025 heeft het college een besluit genomen om de sociale koopprijsgrens vast te stellen op € 288.412,-. Bij het actualiseren van deze grens hoort ook het vaststellen van een passende inkomensgrens. Deze inkomensgrens stelt het college vast op € 74.503,- per jaar, gebaseerd op 1,5 keer de DAEB-norm. Hiermee wordt de juiste doelgroep bediend: huishoudens die net teveel verdienen voor een sociale huurwoning, maar onvoldoende om een reguliere koopwoning in Kaag en Braasem te financieren.

1. Het maximum verzamelinkomen voor de aankoop van een sociale koopwoning vast te stellen op € 74.503,- per jaar met een jaarlijkse indexering gelijk aan 1,5 keer de DAEB-norm.