B&W vergadering

Met voorliggend conceptverzoek heeft de initiatiefnemer gevraagd vijf woningen te realiseren na sloop van de bestaande bedrijfswoning en bedrijfsbebouwing aan het Hazenpad 5 en sloop van bedrijfsbebouwing nabij Hazenpad 3a in Roelofarendsveen. Het college neemt een negatieve grondhouding aan ten opzichte van het initiatief. Onder voorwaarden is wijziging naar de functie wonen denkbaar met vervanging van de bestaande bedrijfswoning en toevoeging van maximaal één woning na sloop bedrijfsbebouwing.

1. Een negatieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het conceptverzoek voor het realiseren van vijf woningen na sloop van de bestaande bedrijfswoning en bedrijfsbebouwing;
2. Een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het vervangen van de bedrijfswoning door een nieuwe burgerwoning en het realiseren van één nieuwe woning na sloop van de bedrijfsbebouwing onder de voorwaarde dat:
a. de woonfunctie vanuit milieuhygiënisch oogpunt geen belemmeringen met zich meebrengt voor de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven;
b. wordt aangetoond dat met de ontwikkeling sprake is van een evenwichtige toedeling van functies (ETFAL) aan locaties;
c. bij aanpassing van het plan in het kader van ETFAL dient te worden ingegaan op de effecten van de nieuwe woningen op de bedrijfsvoering van activiteiten/bedrijven in de omgeving. Ook dient ingegaan te worden op de gezonde en veilige leefomgeving ter plaatse van de nieuwe woningen;
d. voor het realiseren van woningen het Programma Vereveningsfondsen 2025 van toepassing is. Bij het niet realiseren van sociale huur en middenhuur zal een afdracht gedaan moeten worden in het vereveningsfonds. Voor woningen met een prijs tot NHG-grens geldt een zelfbewoningsplicht en antispeculatiebeding;
3. Indien aan voorwaarden onder beslispunt 2a tot en met 2d kan worden voldaan, indiener te verplichten de omwonenden en andere belanghebbenden te betrekken bij de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aan de hand van het document ‘Werkwijzer met Elkaar voor initiatiefnemers’.

De initiatiefnemer heeft gevraagd drie woningen te realiseren (vervanging bestaande bedrijfswoning en twee nieuwe compensatiewoningen) na sloop van de bestaande bedrijfswoning en bedrijfsbebouwing aan de Westerdijk 34a in Leimuiden. Onderdeel van het verzoek is ook verplaatsing van het huidige bouwvlak voor een recreatiewoning naar een andere locatie aan de Westerdijk. Het college neemt onder voorwaarden een positieve grondhouding aan ten opzichte van het initiatief om drie woningen te realiseren. Voorwaarde is onder andere dat het bouwvlak voor de recreatiewoning niet wordt verplaatst of dat deze komt te vervallen.

1. Een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het realiseren van 3 woningen na sloop van de bestaande agrarische bedrijfswoning en bedrijfsbebouwing onder de voorwaarde dat:
a. Het bouwvlak met de bestemming “Recreatie” ten behoeve van een recreatiewoning niet wordt verplaatst naar een andere locatie, maar komt te vervallen. Het verwijderen van die recreatiewoning zou betrokken moeten worden in de totale herinrichting van het perceel op Westerdijk 34a ;
b. De nieuwe woningen dienen aan te sluiten bij de lintbebouwing aan de weg en dus geldt de huidige positie van de bedrijfswoning op 34a als uitgangspunt en uiterste grens;
c. In de motivering wordt onderbouwd dat de huidige bedrijfsvoering van activiteiten in de omgeving niet wordt belemmerd en dat ook activiteiten die vallen binnen de toegelaten bestemming (tot ten hoogste categorie 2) mogelijk zijn. Daarnaast moet onderbouwd worden dat ter plaatse van de nieuwe woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefkwaliteit vanwege bedrijfsmatige activiteiten in de omgeving;
d. Er nader onderzoek wordt gedaan naar verschillende milieuaspecten, met name geluid, ecologie en bodem;
e. Voor het realiseren van een nieuwe woning het Programma Vereveningsfondsen 2025 van toepassing is. Bij het niet realiseren van sociale huur en middenhuur zal een afdracht gedaan moeten worden in het vereveningsfonds. Voor woningen met een prijs tot de NHG-grens geldt een zelfbewoningsplicht en antispeculatiebeding;
f. Er vooral aandacht dient te worden besteed aan een ontwikkeling die passend is bij aan de uitstraling van een boerderijerf. Als richting geldt een maximum van 2.250 m³ te verdelen over de te bouwen woningen en maximaal 750 m³ per woning;
2. Een negatieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van de verplaatsing van het bouwvlak met de bestemming “Recreatie”;
3. Indien aan voorwaarden onder beslispunt 1a tot en met 1f kan worden voldaan, indiener te verplichten de omwonenden en andere belanghebbenden te betrekken bij de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aan de hand van het document ‘Werkwijzer met Elkaar voor initiatiefnemers’.

Initiatiefnemer wil het perceel Westerdijk 12 te Leimuiden (ca. 2.000 vierkante meter) splitsen en er een tweede vrijstaande woning op bouwen. Het college neemt een positieve houding aan ten opzichte van het initiatief, maar stelt tegelijkertijd wel een aantal voorwaarden.

1. Een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het verzoek om het perceel van ca. 2.000 m² aan de Westerdijk 12 in Leimuiden te splitsen en ter plaatse op het afgesplitste deel een tweede vrijstaande woning te realiseren, onder de volgende voorwaarden:
a. De ontwikkeling dient te voldoen aan de Nota Parkeernormen 2018;
b. Er dient een afdracht gedaan te worden in het vereveningsfonds om te voldoen aan de eis van 30% sociale woningbouw en 40% middensegment. Voor woningen tot de NHG-grens geldt de beleidsregel zelfbewoningsplicht en anti-speculatiebeding;
c. Er dient een Goede onderbouwing van de Fysieke Leefomgeving (GoFLo) te worden gegeven. Die onderbouwing is onderdeel van de aanvraag omgevingsvergunning. Met de GoFLo moet worden aangetoond dat met de gewenste ontwikkeling sprake is van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Daarbij dient onder andere ingegaan te worden op de verschillende (relevante) omgevingsaspecten (o.a. activiteiten en milieuzonering, bodem en geluid).
2. Indiener te verplichten de omwonenden en andere belanghebbenden te betrekken bij de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aan de hand van het document ‘Werkwijzer met Elkaar voor initiatiefnemers’.

De initiatiefnemer is voornemens een structurele oplossing te vinden voor het laten varen van de voetgangers- en fietspont Kaag-Oud Ade tijdens het recreatieseizoen van mei tot september. Initiatiefnemer verzoekt de gemeente mee te werken aan het aanleggen van een fietspad door de Kagerpolder en een afmeervoorziening aan de Keverplas. Het college neemt een positieve houding aan ten opzichte van het initiatief, maar stelt tegelijkertijd wel een aantal voorwaarden.

1. Een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het verzoek een fietspad door de Kagerpolder en afmeervoorziening aan de Keverplas ten behoeve van voetgangers- en fietspont Kaag-Oud Ade te realiseren, mits:
a) De provincie instemt met het initiatief;
b) Het hoogheemraadschap instemt met het initiatief.
2. Indiener te verplichten de omwonenden en andere belanghebbenden te betrekken bij de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aan de hand van het document ‘Werkwijzer met Elkaar voor initiatiefnemers’.

Sportbedrijf Kaag en Braassem biedt jaarlijks haar jaarstukken aan zodat deze tijdens de Algemene vergadering van Aandeelhouders (AvA) kunnen worden vastgesteld en de bestuurders gedechargeerd kunnen worden. De gemeente heeft als taak om (als enig aandeelhouder) tijdens de Algemene vergadering van Aandeelhouders décharge te verlenen aan de bestuurders en de commissarissen van Sportbedrijf Kaag en Braassem. In 2024 heeft het Sportbedrijf een negatief resultaat gerealiseerd van €76.749. Dit is verrekend met de post ‘nog te besteden exploitatiebijdrage’ die per 1-1-2025 nog €93.142 euro bedraagt (dient minimaal €25.000 euro te zijn en dit jaar maximaal €317.86). Met een buffer van €93.142,- voldoen zij nog steeds aan het afgesproken minimum en maximum zoals vastgelegd in de Governance Code.

1. De jaarrekening 2024 van Sportbedrijf Kaag en Braassem vast te stellen in de Algemene vergadering van aandeelhouders.
2. De bestuurders en de commissarissen van Sportbedrijf Kaag en Braassem in de Algemene vergadering van aandeelhouders décharge te verlenen voor het door hen in 2024 gevoerde beleid en toezicht.
3. De annotatie vast te stellen en deze door de portefeuillehouder(s) in te laten brengen in de Algemene vergadering van Aandeelhouders.

De Werkgroep Dorpsbudgetten, bestaande uit een groep gemandateerde raadsleden, heeft een initiatief raadsvoorstel dorpsbudgetten opgesteld en gedeeld met het college van B&W. Gevraagd is een reactie te geven op dit voorstel die in de raadsinformatiebrief is geformuleerd, zodat vervolg gegeven kan worden aan het initiatief om dorpsbudgetten te realiseren voor de inwoners van de Gemeente Kaag en Braassem. Het college heeft de raadsinformatiebrief met reactie vastgesteld.

1. De raadsinformatiebrief als reactie op het initiatiefvoorstel dorpsbudgetten vast te stellen.

De fractie van Mooi Kaag en Braassem heeft schriftelijke vragen gesteld over het inspreken bij PS inzake het bestemmingsplan Straathof in Rijpwetering. Het college heeft de beantwoording vastgesteld.

De beantwoording van de schriftelijke vragen van Mooi K&B over Straathof vast te stellen.

Woensdag 18 juni 2025 vindt de Algemene Ledenvergadering (ALV) plaats in gemeente Eindhoven. Het college wordt geadviseerd over de verschillende agendapunten.

1. De annotaties voor de Algemene ledenvergadering VNG vast te stellen en deze door de portefeuillehouder te laten inbrengen tijdens de vergadering.

De Lijst van Ontwikkelingen wordt voor de eerste keer aan de raad aangeboden in een leertraject. De ontwikkelingen op deze lijst hebben betrekking op de uitvoering van het lopende jaar en geeft invulling aan de wens van de gemeenteraad om eerder geïnformeerd te worden bij afwijkingen op beleid of financiën. Het college heeft de Lijst van Ontwikkelingen vastgesteld en biedt deze met een raadsinformatiebrief aan de gemeenteraad aan.

1. De Lijst van Ontwikkelingen vast te stellen
2. De raadsinformatiebrief Lijst van Ontwikkelingen vast te stellen

De NAL-regio Zuidwest en de gemeente Rotterdam werken samen aan een nieuwe collectieve aanpak en aanbesteding voor publieke laadinfrastructuur in de openbare ruimte. Met behulp van deze aanbesteding wordt de komende jaren invulling gegeven aan de doelstellingen en verplichtingen die zijn opgenomen in de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL).

Gemeenten die willen deelnemen aan deze collectieve concessie dienen de gemeente Rotterdam uiterlijk op 1 juli 2025 formeel te mandateren en te volmachtigen, en de samenwerkingsovereenkomst hierover met de gemeente Rotterdam te ondertekenen.

De gemeente Kaag en Braassem heeft deelgenomen aan de afgelopen 2 concessies vanuit de gemeente Rotterdam (vanaf 2017). Het college besluit deel te nemen aan de collectieve aanpak en concessie publieke laadinfrastructuur Zuidwest Nederland om zodoende de e-rijder te blijven faciliteren en zorg te dragen voor een dekkend netwerk aan laadinfrastructuur in de gemeente Kaag en Braassem.

1. Deel te nemen aan de Collectieve aanpak en concessie Publieke Laadinfrastructuur Zuidwest Nederland, waarvoor de gemeente Rotterdam optreedt als penvoerder.
2. Het ondertekenen en verstrekken van de Verklaring van Deelname, de Volmacht en de Integriteits- en Geheimhoudingsverklaring door de deelnemende gemeenten aan de gemeente Rotterdam als concessieverlener voor de uitvoering van de aanbesteding.
3. de Samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Rotterdam aan te gaan voor het uitvoeren van het contract- en concessiemanagement voor de plaatsing en exploitatie van de publieke laadinfrastructuur.
4. De ‘couleur locale’ van de gemeente Kaag en Braassem vast te stellen.

Burgemeester:
1. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam
A. volmacht te verlenen tot het verrichten van de met de aanbesteding verband houdende privaatrechtelijke rechtshandelingen en
B. te machtigen om alle andere handelingen (niet zijnde besluiten of privaatrechtelijke rechtshandelingen) te verrichten die nodig zijn voor de juiste uitvoering de aanbesteding.